MADRID – Spanje doet elk jaar standaard als een van de ‘Big Five’ landen mee met het Eurovisiesongfestival en wist in al die jaren tweemaal het festival te winnen. In 1968 gebeurde dat met het lied van Massiel ‘La, la, la’ en in 1969 Salomé met het lied ‘Vivo cantando’. Deze laatste overwinning moest echter gedeeld worden met Nederland, Frankrijk en Groot Brittannië.
Tijdens het Eurovisiesongfestival 2021 in Rotterdam zal Spanje vertegenwoordigd worden door de uit Murcia komende zanger Blas Cantó die met de ballade ‘Voy a quedarme’ het publiek en de jury wil veroveren. In 2020 zou dezelfde zanger meedoen met het swingende lied ‘Universo’.
Op dinsdag 18 mei is de eerste semi-finale gevolgd door de tweede semi-finale op donderdag 20 mei en uiteindelijk de grote finale op zaterdag 22 mei. Spanje hoeft niet mee te doen met de semi-finales want elk jaar dat het land meedoet zit Spanje bij de zogenaamde ‘Big Five’ landen die altijd meedoen.
De ‘Big Five’ bestaat uit Duitsland, Frankrijk, Italië, Spanje en het Verenigd Koninkrijk die ieder jaar het meeste geld uitgeven aan de EBU (European Broadcasting Union) voor de tv- en radiorechten en krijgen daarvoor een plek in de finale van het Eurovisie Songfestival terug.
Dat ze meer betalen dan andere landen wil niet automatisch zeggen dat ze ook winnen en vaak presenteren deze landen teleurstellende liedjes, zeker in het geval van Spanje. Maar dit jaar wordt er wel veel gesproken over de inzendingen van Frankrijk en Italië die allebei een kans hebben op winst terwijl de Spaanse inzending niet echt positief wordt ontvangen.