De Europese Commissie wil dat Spanje toestaat dat internationale busdiensten, zoals FlixBus, ook passagiers binnen Spanje mogen oppikken en afzetten. Nu is dat nog verboden, en dat gaat volgens Brussel tegen de EU-regels in.
FlixBus vroeg vorig jaar toestemming om op de route van Trier in Duitsland naar Madrid ook Spaanse reizigers te vervoeren tussen steden in Spanje. Maar Spanje wees dit af, omdat het land een systeem heeft waarbij alleen binnenlandse bedrijven met een concessie zo’n ritten mogen uitvoeren.
De Spaanse overheid zegt dat dit systeem nodig is om alle regio’s te verbinden, ook de minder bevolkte gebieden. Maar de Europese Commissie vindt dat Spanje niet goed uitlegt waarom internationale bussen dit niet mogen, en eist dat het verbod wordt opgeheven.
Volgens Brussel is het toelaten van cabotage – dus het vervoeren van passagiers binnen een ander land – gewoon toegestaan binnen de Europese regels. Andere landen zoals Frankrijk, Duitsland en Italië doen dit al.
Reisorganisaties en milieugroepen steunen het voorstel van de Europese Commissie. Ze zeggen dat dit zorgt voor meer reismogelijkheden, goed is voor het milieu en de prijzen kan verlagen.
Toch blijft de Spaanse regering voorlopig vasthouden aan het huidige model. Of dat gaat veranderen met de nieuwe Wet op Duurzame Mobiliteit, is nog onzeker.
Door de huidige regels kunnen bedrijven als FlixBus en het Spaanse BlaBlaBus in Spanje nauwelijks groeien. Ze mogen alleen internationale routes uitvoeren van en naar Spanje, maar het is hen verboden om passagiers te vervoeren tussen Spaanse steden.
In Spanje worden bijna alle busroutes uitgevoerd door één aanbieder per traject, zoals Alsa, Avanza of Hife. Deze bedrijven kregen ooit concessies toegewezen waarin precies staat welke route ze mogen rijden, tegen welke prijs en onder welke voorwaarden, en voor hoelang die concessie geldt.
Elk jaar reizen zo’n 27 miljoen mensen met lijndienstbussen in Spanje, bijna evenveel als met de hogesnelheidstrein AVE. Toch gebeurt dat vooral met vervoerders die door oude wetten uit 1987 een bijna-monopolie hebben. Verschillende regeringen probeerden die regels te moderniseren, maar dat is tot nu toe niet gelukt.
