In het afgelopen jaar is de prijs van vakantiewoningen aan de Spaanse kust met 6,3% gestegen tot een bedrag van 2.550 euro per vierkante meter. Dit prijsniveau ligt 35% hoger dan de gemiddelde prijs van een hoofdwoning in kustgebieden, zoals aangegeven in het rapport ‘Vivienda en la Costa 2023’ van Tinsa. Dit rapport combineert waardeschattingen in euro’s per vierkante meter van huizen in 250 Spaanse kustgemeenten afkomstig van Tinsa’s taxatiewerk met de uitkomsten van een enquête gehouden onder professionals die gebruikelijk in deze gebieden actief zijn.
Daarbij heeft de gemiddelde prijs, waarbij zowel hoofdverblijven als vakantiewoningen in acht worden genomen, een jaarlijkse stijging van 4,1% doorgemaakt in het eerste kwartaal van 2023 in alle kustgemeenten, resulterend in een bedrag van 1.591 euro per vierkante meter.
Volgens Tinsa’s taxaties heeft de gemiddelde huizenprijs (rekening houdend met zowel hoofdverblijven als vakantiewoningen) in het afgelopen jaar een stijging doorgemaakt in 91% van de 250 geanalyseerde kustgemeenten van Spanje. De grootste prijsstijgingen, van meer dan 10% zijn geregistreerd op de Balearen (in plaatsen als Manacor, Ses Salines, Llucmajor, Es Mercadal en Campos), in de Valencia regio (zoals in Canet d’En Berenguer, Sagunto, Meliana en L’ Alfàs del Pi) en in Andalusië (Motril, Algeciras, Málaga en Manilva).
In de statistieken van het eerste kwartaal tonen slechts vier gemeenten een jaarlijkse waardedaling van meer dan -4%: Orihuela (-5,6%), Deltebre (-4,7%), Calviá (-4,7%) en Gandía (-4,5%). Volgens de studie zijn per provincie de grootste jaarlijkse schommelingen in huizenprijzen in het afgelopen jaar te vinden langs de kust van de provincies Málaga (7%), Granada (6,8%), Guipúzcoa (6,2%) en de Balearen (5,8%).
In 2022 zagen de Spaanse kustgemeenten ook een toename in bouwactiviteiten, waardoor het niveau van 2019 licht overschreden werd. De bouwvergunningen die vorig jaar in kustgebieden werden goedgekeurd, vertegenwoordigen 32% van het totale nationale aantal en lieten een jaarlijkse stijging van 9,8% zien, resulterend in 34.745 verleende vergunningen. De toename in nieuwe bouwprojecten was echter gematigder dan de groei van de vraag, die werd belemmerd door economische onzekerheid en stijgende bouwkosten vanwege de hoge inflatie en toenemende rente.
De bouwactiviteiten aan de Atlantische kust lieten een aanzienlijke afname zien (-28% in 2022 vergeleken met 2021), vergelijkbaar met de Noordkust, waar ook het aantal vergunningen verminderde (-5%). Anderzijds zagen de Balearen, Canarische Eilanden en de Middellandse Zeekust een toename van hun activiteiten met respectievelijk 20% en 15%, wat overeenkomt met de toename van de koop- en verkooptransacties in deze regio’s.