De woningprijzen in Spanje zijn de afgelopen tien jaar flink uit de bocht gevlogen. Een woning die in 2014 nog rond de 300.000 euro kostte, wordt nu aangeboden voor 600.000 euro. En dat terwijl het om precies hetzelfde huis op dezelfde plek gaat. Als deze stijging zich doorzet, dreigt een hele generatie jonge kopers definitief buitenspel te staan. Voor velen blijft een eigen huis voorlopig slechts een droom.
Deze verdubbeling komt niet uit de lucht vallen. Volgens experts is er sprake van een combinatie van oorzaken: een tekort aan woningen, hoge bouwkosten, lage rente in de afgelopen jaren en een stijgende vraag in steden. Tel daarbij op dat huren ook steeds duurder wordt, en de druk op de koopmarkt neemt alleen maar toe.
Voor starters en jonge gezinnen is het bijna onmogelijk geworden om een eigen huis te kopen. De maandlasten rijzen de pan uit en een hypotheek aflossen duurt steeds langer. Daardoor schuiven veel mensen hun koopplannen op de lange baan of blijven ze noodgedwongen huren.
Maar ook huren is geen makkelijke uitweg. Doordat het aanbod beperkt is en veel woningen worden aangeboden op de particuliere markt, stijgen ook daar de prijzen. Zo komen veel mensen klem te zitten: kopen is te duur, huren ook.
De roep om ingrijpen klinkt steeds luider. Er zijn voorstellen om meer betaalbare woningen te bouwen, huurprijzen beter te reguleren en alternatieve woonvormen zoals coöperatief wonen te stimuleren. Maar tot nu toe blijft echte actie uit.