Spaanse avonturen in Fortuna/Murcia van Egbert en Barbara (51)

beeld: Freepik
Let op: Dit bericht is meer dan zes maanden oud. Informatie hierin kan verouderd zijn.

Egbert en Barbara overwinteren elk jaar in Fortuna bij Murcia. Ze houden het thuisfront op de hoogte van hun reilen en zeilen met wekelijkse brieven, die wij elke zaterdag publiceren. Zo kunt u meegenieten van hun belevenissen, van de grappige en minder grappige dagelijkse voorvallen, Spaanse wetenswaardigheden, kortom alles wat elke overwinteraar tijdens zijn of haar verblijf in Spanje kán meemaken. Daarbij moet dat niet als een kritiek op de levenswijze in Spanje gezien worden maar wel een verslag over hoe het leven anders kan zijn voor de voor- en ook nadelen.

Goh, Kijk mij eens! Alsof ik helemaal geen vliegangst heb stap ik met mijn laptop in de rugzak op Schiphol rond. Niemand ziet aan mij hoe ik van binnen ril en bibber.  Nee, ik ga naar Spanje, en stap gewoon dapper in dat enge vliegtuig dat daar aan die gate op mij staat te wachten! Het is vijf uur in de ochtend en al aardig druk. Een kopje koffie om goed wakker te worden en om half zeven mogen we instappen. Ik hijs mezelf in de krappe stoel, pak ter afleiding een cryptoboekje  en om zeven uur precies vertrekt onze Boeing en heus waar, de pareltjes verschijnen weer op mijn bovenlip. Ik wen er nooit aan.

We taxiën de startbaan op. Hij stopt aan het begin, siddert en rilt als een roofvogel die nog even bidt voor zijn aanval. Dan geeft hij gas. We worden flink in de stoelen gedrukt, terwijl de startbaan onder ons door vliegt, maar opeens gebeurt er iets ongewoons, we horen de remmen gieren, we duikelen met z’n allen naar voren, we kijken verbaasd rond. Het vliegtuig staat stil! Wat is dit?? Midden op de startbaan?? Ik krijg koude rillingen. Het vliegtuig trilt een beetje. Na een poosje horen we de piloten iets tegen de verkeerstoren roepen, ik verstond iets van ‘ready for take off’ of zoiets, maar dát was hij toch al? Ik dwing mezelf om ‘het’ los te laten, zoiets van ‘maak je niet druk’ die jongens weten precies wat ze doen.

Dan hoor ik de motoren weer hevig grommen en dan begint hij opnieuw aan zijn aanloop. Maar de startbaan is nu nog maar half zo lang, gaat dit wel goed? Ik maak me grote zorgen, die baan is vast niet lang genoeg als je op de helft begint! Geen idee wat er aan de hand is. We zitten erin en kunnen niets doen, ik bibber.

Met een rotgang sjeest het kolossale toestel voor de tweede keer over de baan, maar dan gebeurt het… Vlak voor het eind van de baan knallen we weer met z’n allen naar voren tegen de stoel van de voorganger aan. De remmotoren brullen als een gek. Bah, dit is nou precies waar ik altijd zo bang voor ben. Je hebt het niet in de hand.  Zie je nou wel, ik zei toch dat de baan te kort was! Het wordt muisstil in het toestel, er hangt een angstige gespannen sfeer. We wachten af.

Dan komt de captain speaking: “Dames en heren, u heeft het al gemerkt: er is een klein mankement aan het toestel.” Aha, een kleintje maar, we hebben dus geluk.  Hij gaat verder: “Het is maar een kleinigheidje, maar voor de zekerheid.. bla, bla,” luister ik nog wel? “Een zekeringetje in het bagageruim……” Ach ja, natuurlijk, een zekeringetje! Dat ik daar nou nooit aan heb gedacht. Laat ik nou altijd mijn vliegangst verbonden hebben aan een los schroefje, maar nee, een zekeringetje kan het ook nog zijn…..

In onze rubriek SpanjeVerhalen zijn meer verhalen van Barbara (en andere ingezonden verhalen) te lezen. KLIK HIER

Het vliegtuig zet zich weer in beweging, nu rechtsomkeert, ofwel terug naar af. We taxiën richting veilige haven, over de landingsbaan waar vorige maand nog per ongeluk een vliegtuig op startte, de kranten stonden er bol van. Een hoop heisa was dat toen, maar nu zijn we goddank helemaal alleen op die baan, zonder tegenliggers, nu taxiën wij rustig terug naar de gate, dat gaat blijkbaar heel goed ook met een kapot zekeringetje.

We worden rustig gehouden met een glaasje water voor de schrik. Er komt een hele ploeg mannen in overall, er volgt een hoop gedoe onder in het ruim, geklap en gebonk: alle koffers worden er hardhandig uitgesmeten, de mannen gaan erin.  Dit soort akkevietjes zijn echt niet heilzaam voor mijn vliegangstige hart, maar ja, wat doe je als je zó graag naar Spanje wilt.

Wat wit om de neus doe ik alsof ik alle aandacht heb voor mijn cryptogrammetje, maar intussen zie ik alles wat er rondom mij gebeurt: er staat een tankauto harde geluiden te produceren. Achteraf bleek dat die de kerosine uit het toestel pompte, want de tank moet leeg zijn als die reparateurs met soldeerspul aan de gang zijn.

Na ruim een half uur verontschuldigt de piloot zich voor het ‘ongemak’, ach wat aardig. Mijn bonzend hart noemt hij ‘ongemak’. Ik wil eruit, maar blijf rustig zitten alsof het allemaal langs me afglijdt,  alsof ik vol vertrouwen ben, en alsof het me helemaal niks doet. De koffers gaan er weer in, de tanks worden weer gevuld en dan gaan we weer.

Met kromme tenen zit ik voor de derde keer de aanloop af te wachten, luister goed of ik ongeregeldheden hoor, maar nee, even later turbulenten we stevig door de wolken heen. Dat is normaal, weet ik van eerdere vluchten. De lampjes blijven branden, we moeten dus in de riemen blijven, maar tegen mijn absolute voorgevoel in, gebeurt er verder helemaal niets,  suizelen we door de lucht heen op tien kilometer hoogte. De stewardessen draven met parfummetjes in de aanbieding door het toestel. De nescafé-koffie vindt gretige aftrek, maar niet bij mij. De vlucht verloopt verder alsof er nooit een zekeringetje heeft gehaperd.

Nu zit ik dit in een zonnejurkje te typen. Dit is de beloning voor het dapper doorstaan van dit  hachelijke avontuur. Wat een heerlijke stralende middag! Stel je toch eens voor dat je zo’n fijne middag door zo’n stom zekeringetje had gemist! Aan het eind van de vlucht vertelde de piloot dat het hele systeem was ‘gereset’. Wat bedoelt hij daarmee? Zou hij bedoelen dat het eigenlijk een soort testvlucht was, die -holladijee- goed is afgelopen???  Nee toch? Nou ja, de zon schijnt, ook nog voor mij en dáár doen we het allemaal voor! Toch?   

Groeten van Barbara van Wijk