MADRID – Volgens de gegevens van het Spaanse Instituut voor de Statistiek (INE) waren de gemiddelde uitgaven per huishouden in Spanje het afgelopen jaar (2021) 29.243,61 euro wat een stijging is van 8,3% ten opzichte van 2020 wat in euro’s 2.248 euro meer is. Ook de gemiddelde huishoudkosten per persoon zijn gestegen met 8,6% naar 11.779,97 euro.
Dat het leven duurder is geworden weten we inmiddels allemaal wel, dat is dagelijks te merken bij het boodschappen doen, het tanken of bij het betalen van rekeningen. Maar al in 2021 werd het leven in Spanje duurder en volgens het Instituto Nacional de Estadísticas (INE) stegen deze kosten per huishouden gemiddeld naar 29.243,61 euro wat een stijging is van 8,3% ten opzichte van 2020.
In het geval van een huishouden bestaande uit een echtpaar met kinderen stegen de huishoudkosten naar 36.568 euro, tevens een stijging van 8,3% ten opzichte van 2020 of 2.818 euro meer. Een echtpaar zonder kinderen had in 2021 als huishoudkosten gemiddeld 29.545 euro, 2.588 euro of 9,6% meer dan in 2020. Een eenoudergezin moest in 2021 aan huishoudkosten 1.985 euro of 8,1% meer betalen met een gemiddeld bedrag van 26.554 euro.
Een alleenstaand persoon jonger dan 65 jaar had gemiddeld aan huishoudkosten 19.460 euro wat 4,5% of 843 euro meer was dan in 2020. Een alleenstaande van 65 jaar of ouder had 18.964 euro aan huishoudkosten, een stijging van 7,5% of 1.320 euro per jaar.
Wat betreft de kosten waren de grootste stijgers merkbaar bij restaurants en hotels met 30,6% meer, gezondheidzorg met een stijging van 20,3%, transport met een stijging van 17,8%, vrije tijd en cultuur met een stijging van 14,9% en kleding en schoeisel met 14,6% meer aan kosten. De enige groepen kosten die goedkoper werden waren die van alcoholische dranken en tabak met een daling van 2,9% en communicatie zoals internet en mobiele telefonie met een daling van 0,3%.
De grootste kostenpost voor de meeste huishoudens in Spanje is die van huisvesting, water, elektriciteit, gas en brandstoffen met een stijging van 33,8%. Verder stegen ook de kosten voor voeding en niet-alcoholische dranken met 16,4% en transport met 11%.