MADRID – Volgens de gegevens van het Spaanse Bureau voor de Statistiek hebben 95.319 koppels in 2019 gekozen voor een van de drie vormen van scheiding, een daling van 3,8% ten opzichte van 2018. Een op de drie scheidingen vond plaats na een relatie van meer dan 20 jaar terwijl de meeste scheidingen plaatsvonden in de leeftijdscategorie 40-49 jaar.
In 2019 vonden er in totaal volgens het Instituto Nacional de Estadística (INE) 95.319 scheidingen plaats in Spanje. Daaronder bevonden zich 91.645 echtscheidingen (divorcios), 3.599 scheidingen van tafel en bed (separaciones) en 75 ontbindingen van het huwelijk na van tafel en bed te zijn gescheiden (nulidades). In percentages spreekt men over 96,1% echtscheidingen, 3,8% scheidingen van tafel en bed en 0,1% ontbindingen.
Het aantal echtscheidingen daalde in 2019 met 3,8% maar het aantal scheidingen van tafel en bed daalde met 12,2% en het aantal ontbindingen na een scheiding van tafel en bed daalde met 18,5% het afgelopen jaar.
Als extra detail wordt ook het aantal scheidingen vermeld van van personen van gelijk geslacht (onofficieel homohuwelijken genoemd) wat er 1.100 waren in 2019, 1,2% van het totaal scheidingen. 560 scheidingen vonden plaats tussen twee mannen en 540 tussen twee vrouwen.
De gemiddelde duur van een huwelijk na echtscheiding was 16,7 jaar wat iets minder is dan in 2018. Wat verder opvalt is dat in 32,8% van de gevallen er een scheiding plaatsvond na een huwelijk van meer dan 20 jaar.
Het merenddeel van de echtscheidingen vond plaats in de leeftijdcategorie 40-49 jaar bij zowel mannen als vrouwen. In 82,5% van de scheidingen ging het om twee personen met de Spaanse nationaliteit, in 10,4% van de gevallen had een van de betrokken personen een buitenlandse nationaliteit en in 7,1% van de gevallen waren beide personen afkomstig uit het buitenland.
In 43,3% van de echtscheidingen was er sprake van een scheiding zonder kinderen, in 44,8% waren er minderjarige kinderen bij betrokken en in 5% van de gevallen meerderjarige kinderen.