MADRID – Zoals elk jaar zullen ook in 2022 de prijzen van veel noodzakelijke producten en diensten omhoog gaan. Te denken valt aan elektriciteit, tolwegen, telefonie, BTW op suikerhoudende dranken, auto’s, treinen etc. We hebben niet alle prijsverhogingen kunnen vinden maar we geven toch een kort overzicht.
Waar we al zeker van kunnen zijn aan de start van 2022 is dat de prijzen voor elektriciteit en gas hoger zullen zijn dan aan het begin van 2021. De premier van Spanje beloofde dat de elektriciteitsprijzen hetzelfde zouden zijn als in 2018 maar volgens de Spaanse Consumentenbond Facua is dat zeker niet het geval en is de elektriciteitsrekening 21% duurder. Ook de inflatie in Spanje is 6,7% wat het hoogste is van de afgelopen 30 jaar waardoor de consumentenprijzen ook hoger zijn.
Aardgas
2022 zal beginnen met hogere aardgasprijzen die in navolging van vorig jaar omhoog gaan. De zogenaamde Tarifa Ultimo Recurso (TUR) zal in januari stijgen met gemiddeld 5,48%.
Butaangas
Butaangasflessen werden in november 2021 duurder (+4,96%) en hebben nu een kostprijs van 16,92 euro (vorig jaar rond deze tijd was dat 12,68 euro). Tot aan de derde dinsdag van januari (de 18e) zal deze prijs niet aangepast worden.
Elektriciteit
Over de prijs voor elektriciteit is moeilijk te voorspellen wat er gaat gebeuren want de afgelopen weken en maanden hebben de prijzen per MWh recordhoogtes bereikt. 2022 start met een elektriciteitsprijs van 122,64 euro per MWh, 12,9% minder terwijl het gemiddelde in december 239,10 euro per MWh was. De hoogst geregistreerde MWh-prijs in 2021 was op 23 december met 383,67 euro per MWh. Tot 31 maart geldt nog steeds een verlaagde BTW/IVA van 10% en een verlaagde speciale belasting van 0,5% tot eind april 2022.
Brandstof
De prijzen voor benzine en diesel zijn aan het begin van 2022 maar liefst 25% hoger dan aan het begin van 2021. Volgens de laatste Weekly Oil Bulletin van donderdag 23 december kost in Spanje een liter benzine 1,476 euro en een liter diesel 1,344 euro. Het vullen van een 55-liter tank kost wat betreft benzine bijna 20 euro meer dan een jaar geleden terwijl dat bij diesel circa 19 euro meer is.
Spaanse post
Het Spaanse postbedrijf Correos heeft de prijzen voor de postzegels met 7,% verhoogd in 2022. De ‘sellos’ voor het versturen van brieven en kaarten tot 20 gr kosten 0,75 euro binnen Spanje terwijl het internationaal versturen van dezelfde brieven en kaarten binnen Europa 1,55 euro gaan kosten. In beide gevallen is dat 0,05 euro meer.
Telefoon en internet
Traditiegetrouw verhogen de grote telecombedrijven zoals Movistar, Vodafone en Orange hun tarieven in een nieuw jaar. Tot nu toe heeft alleen Telefonica/Movistar aangegeven dat de prijzen voor de (oude) ‘Fusion’ pakketten vanaf 7 februari 2022 met 3 euro omhoog gaan. Andere telecomleveranciers zoals Vodafone, Orange en MasMóvil hebben nog niets over prijsverhogingen gezegd.
Tolwegen
De prijzen voor de tolwegen die afhankelijk zijn van de Spaanse overheid gaan met circa 1,97% omhoog vanaf 1 januari 2022. Bij wijze van uitzondering worden vier snelwegen onderworpen aan een extra tariefsverhoging, de AP-7 Alicante-Cartagena (2,99%); de AP-9 Ferrol-Portugal (2,99%); de AP-46 Alto de las Pedrizas-Málaga (2,99%) en de AP-6 Villalba-Adanero (2,84%).
Treinen
In mei 2021 is er meer concurrentie gekomen op het hogesnelheidstreinen-netwerk in Spanje toen het Franse Ouigo is gaan rijden tussen Madrid en Barcelona. Vanwege de concurrentie verwacht Renfe dat de prijzen dalen in 2022 maar concrete wijzigingen zijn nog niet vermeld.
Zelfstandigen
Zelfstandigen (autónomos) in Spanje gaan per maand meer betalen aan de Sociale Zekerheid (Seguridad Social). De zelfstandigen die maandelijks het laagste bedrag betalen (base mínima) gaan 8 euro per maand meer betalen waardoor de prijs niet meer 286 euro maar 294 euro wordt. Betaal je als zelfstandige de hoogste prijs (base máxima) dan ga je 33 euro per maand meer betalen en wordt de maandelijkse bijdrage 1.266 euro. De zogenaamde ‘base mínima de cotización de los autónomos’ (zeg maar theoretisch loon) stijgt van 944,40 euro naar 960,60 euro terwijl dat bij de ‘base máxima’ stijgt van 4.070,10 euro naar 4.139,40 euro.