MADRID – Het aantal ‘ninis’ in Spanje is volgens de gegevens van het Spaanse Bureau voor de Statistieken (INE) op het laagste niveau gekomen sinds de economische crisis die in 2008 begon. Iemand wordt in Spanje als een ‘nini’ gezien als deze niet werkt (NI trabaja) en niet studeert (NI estudia). In het Nederlands zou men zo iemand kunnen omschrijven als een bankzitter.
Op dit moment zijn er volgens de enquête Encuesta de Población Activa over het tweede trimester 1.004.700 jongeren tussen 16 en 29 jaar die ‘nini’ zijn en dus niet werken en niet studeren. Dat is volgens het INE 51.700 jongeren minder dan het eerste trimester van 2019 en het laagste cijfer sinds de economische crisis die in 2008 begon en zelfs lager dan het aantal ‘ninis’ ini 2005.
Daar tegenover staan de zogenaamde ‘sisis’ ofwel de jongeren tussen 16 en 29 jaar die werken en studeren tegelijk waarvan er volgens het INE 702.200 zijn in Spanje. Het aantal jongeren dat werkloos is in het tweede trimester dit jaar is met 2.100 personen gedaald ten opzichte van het eerste trimester en is blijven hangen op 506.700 werkloze jongeren, een 34,9%.