De N-260, ook bekend als de Eje Pirenaico, is een van de meest indrukwekkende wegen van Spanje. Ze slingert zich door het hart van de Pyreneeën, van de kust bij Portbou in Catalonië tot het stadje Sabiñánigo in Aragón. Deze route is niet alleen een verkeersader, maar ook een symbool van verbinding tussen bergdorpen, valleien en regio’s. Het ministerie van Transport werkt al jaren aan de modernisering van deze historische weg, met als doel een veiligere, vlottere en duurzamere verbinding die het berglandschap respecteert.
Wie ooit over de N-260 reed, weet dat de weg even mooi als uitdagend kan zijn: smalle bochten, plotselinge hoogteverschillen en stroken waar slechts één voertuig tegelijk kon passeren. Zeker in de winter of tijdens hevige regenval werd rijden hier soms een avontuur. De nood aan verbetering was dan ook groot, zeker op de stukken waar de route diep door kloven en langs rivieren liep.
Een belangrijk hoofdstuk in die vernieuwing vond plaats op het laatste (of eerste) stuk van de N-260 tussen Fiscal en Sabiñánigo. De werkzaamheden begonnen in 2003 en duurden bijna tien jaar. In 2012 werd het vernieuwde traject geopend, inclusief de spectaculaire Túnel de Pedralba, een doorgang van bijna 2.600 meter onder de Sierra de Cancias. Deze tunnel verving het oude bergtraject over de Puerto de Cotefablo, dat bekendstond om zijn steile bochten en verraderlijke winterse omstandigheden. Met de nieuwe tunnel verbeterde niet alleen de veiligheid, maar ook de reistijd aanzienlijk: waar vroeger een rit van Fiscal naar Sabiñánigo ruim drie kwartier tot één uur duurde, werd dat teruggebracht tot iets meer dan twintig minuten.
Het traject bevat ook de kortere Túnel de Cerro de Berroy van circa 170 meter, die deel uitmaakt van hetzelfde verbeteringsproject. Samen vormen beide tunnels een technisch huzarenstuk dat het verkeer door dit ruige gebied veel comfortabeler maakt. Brede rijstroken, aangepaste hellingen en moderne veiligheidsinstallaties zoals ventilatie, vluchtwegen en noodverlichting zorgen ervoor dat deze bergroute vandaag voldoet aan de eisen van de 21e eeuw.
Maar de ambitie van het ministerie reikt verder. Op dit moment ligt de focus op het traject tussen Fiscal en Balupor, een van de moeilijkste delen van de N-260. Hier is een nieuw tracé van ongeveer veertien kilometer gepland, met tunnels, viaducten en achtentwintig doorgangen voor fauna, zodat dieren veilig de weg kunnen kruisen.
De belangrijkste tunnel zal ongeveer 1.740 meter lang zijn en twee grote viaducten zullen het bergreliëf volgen zonder het te verstoren. Hoewel de nieuwe weg ontworpen wordt voor een snelheid van tachtig kilometer per uur, blijven sommige delen beperkt tot zestig kilometer per uur om de natuurwaarden te beschermen. Deze fase maakt deel uit van het bredere “Plan de actuaciones en el Eje Pirenaico (N-260)”, waarin tot 260 miljoen euro aan investeringen voorzien is, volledig gefinancierd door de Spaanse staat.
Verder naar het oosten van de provincie Huesca werd de N-260 ook grondig aangepakt tussen Congosto de Ventamillo en Campo. Dit project, afgerond in 2024, was technisch een van de meest complexe, omdat de weg langs steile rotswanden en smalle kloven loopt. Hier werd het rijvlak verbreed van 5,5 naar 8 meter, en twee tunnels van 265 en 540 meter werden aangelegd om de gevaarlijkste bochten te vermijden.
Ingenieurs maakten gebruik van zogenaamde voladizos, uitkragende betonnen constructies die in de rotswand verankerd zijn om het wegdek te ondersteunen zonder het dal te vernauwen. Het resultaat is een veiliger en stabieler traject dat beter bestand is tegen regen, lawines en vallende stenen, en tegelijkertijd het natuurlijke karakter van de omgeving bewaart.
De verbeteringen bij Campo zijn een goed voorbeeld van de aanpak die het hele N-260-project kenmerkt: technologische innovatie gecombineerd met respect voor het landschap. De werkzaamheden werden uitgevoerd met het oog op minimale milieu-impact, waarbij zelfs tijdens de bouw speciale maatregelen genomen werden om de lokale fauna te beschermen.
Zo krijgt de N-260 langzaam maar zeker een nieuw gezicht. Van de tunnels bij Sabiñánigo tot de viaducten bij Balupor en de verbredingen bij Campo, elk traject vertelt een verhaal van doorzettingsvermogen, techniek en zorg voor het berggebied. De weg blijft slingerend en uitdagend, maar veiliger, breder en beter voorbereid op de toekomst.