Een interessante ontdekking voor de liefhebbers van het alternatieve Spanje! Ten Oosten van Madrid ligt een bijzonder gebied dat zich ruwweg uitstrekt tussen Zaragoza, Cuenca en Valencia. Het is maar liefst twee keer zo groot als België, maar heeft een bevolking van slechts 6,99 inwoners per km². De bevolkingsdichtheid is er zo laag dat men de streek het Spaanse Lapland is gaan noemen.
Het Spaanse lapland valt min of meer samen met de Serranía Celtibérica, het Keltiberische gebergte, dat zich uitstrekt over delen van 10 verschillende Spaanse provincies (Teruel, Guadalajara, Cuenca, Soria, Zaragoza, Burgos, La Rioja, Segovia, Castellon en Valencia). In totaal beslaat het zo een 13% van Spanje.
Het hart van het gebied is het territorium van de Montes Universales. Dat zijn delen van de Sierra de Albarracín in Teruel, la Serranía de Cuenca en de Alto Tajo de Guadalajara, en daar wonen zelfs maar 0,98 inwoners per km². Officieel beschouwt men elk gebied op aarde met minder dan 10 inwoners per km² als demografische woestijn.
In totaal wonen er in het Spaanse lapland net meer dan 500.000 inwoners. Iets minder dus dan in het Belgische Antwerpen. Wat het Spaanse lapland bijzonder maakt, is dat het niet ongelooflijk afgelegen ligt. Het dorpje Toril, een dorp met 4 inwoners in het hart van het Spaanse lapland, ligt slechts op 180 kilometer van Valencia, en op 270 kilometer van Madrid. Geen onoverkomelijk grote afstanden in het grote Spanje.
Wie Madrid verlaat richting Oosten, rijdt met andere woorden al heel snel verlaten gebied in. De snelweg gaat eerst over in een nationale route, en daarna in een lokale, bochtige weg, met onbeschilderd asfalt; de toegangspoort naar de Montes Universales.
Het Spaanse lapland doorkruisen is de stilte doorkruisen. Wie op zoek is naar ongerepte natuur en totale rust zal het er vast en zeker naar zijn zin hebben. In deze documentaire vind je alvast een voorproefje van twee dappere Spanjaarden die het gebied met de fiets doorkruisten:
