Het woningtekort in Spanje blijkt veel groter dan eerder aangenomen. De Banco de España heeft haar eerdere schatting van 500.000 woningen naar boven bijgesteld en spreekt nu van een tekort van 700.000 huizen. De centrale bank wijst op een combinatie van stijgende vraag en een veel te traag bouwtempo als belangrijkste oorzaken.
De groei van de bevolking speelt hierbij een cruciale rol. Door immigratie en de populariteit van Spanje onder buitenlandse kopers neemt de druk op de woningmarkt fors toe. Vooral in grote steden en aan de kustregio’s wordt het steeds moeilijker om betaalbare woningen te vinden, wat vooral jongeren en gezinnen hard treft.
Volgens de bank zouden er jaarlijks minstens 200.000 nieuwe woningen moeten worden gebouwd om de vraag bij te houden. In werkelijkheid ligt het aantal ver onder dat niveau, waardoor het tekort jaar na jaar groter wordt. De kloof tussen vraag en aanbod groeit dus sneller dan verwacht.
Daar komt bij dat veel leegstaande of onderbenutte woningen in landelijke gebieden liggen, waar nauwelijks werkgelegenheid is. Deze huizen lossen het probleem in stedelijke gebieden niet op, waardoor de druk op de grote steden nog verder toeneemt.
De Banco de España roept de overheid en de bouwsector daarom op om snel in te grijpen. Het versnellen van vergunningen, meer sociale woningbouw en minder bureaucratie worden genoemd als mogelijke oplossingen. Zonder actie dreigt het tekort nog verder op te lopen.
Voor huurders en kopers zijn de gevolgen inmiddels duidelijk merkbaar. De prijzen blijven stijgen en steeds meer huishoudens moeten een groot deel van hun inkomen aan woonlasten besteden. Volgens de bank vormt dit niet alleen een sociaal probleem, maar ook een risico voor de Spaanse economie.