Het Nederlandse pensioenfonds APG heeft recentelijk de volledige controle verworven over de AP-9, een belangrijke snelweg in Spanje. Deze snelweg heeft nog een concessie tot 2048, en hoewel er politieke belangstelling is om deze weg te “redden”, blijkt het financieel niet haalbaar volgens de Spaanse regering. Gebruikers van deze belangrijke snelweg kunnen profiteren van tol-kortingen, wat de staat volgens de minister van Transport en Verkeer jaarlijks 55 miljoen euro kost.

De AP-9 heeft een nieuwe eigenaar. Globalvia heeft zijn volledige aandeel in Itínere verkocht aan het pensioenfonds APG dat de grootste pensioenaanbieder van Nederland is. Dit betekent dat APG nu de controle heeft over de AP-9 en de twee snelwegen in Galicië: de AG-57 tussen Vigo en Baiona en de AG-55 die A Coruña met Carballo verbindt. Bovendien hebben ze ook de AP-53 (Santiago-Dozón), de AP-66 van Asturias naar León, de AP-8 in het Baskenland en de AP-15 in Navarra verworven.

Het Spaanse mobiliteitsbedrijf Globalvia kocht op 17 oktober 2018 voor het eerst een aandeel in Itínere en verhoogde dit in 2019 naar 40%. Tot nu toe had APG 56% van Itínere via diverse entiteiten en heeft nu ook 40% van Globalvia in handen.

De AP-9 is een van de belangrijkste snelwegen in Spanje, die Galicië verbindt met andere belangrijke steden en regio’s. Deze snelweg speelt een cruciale rol in de economie van de regio, aangezien het een belangrijke schakel vormt voor zowel personen- als vrachtvervoer.

De AP-9 snelweg, ook wel bekend als de Autopista del Atlántico, loopt van Ferrol in het noorden van Spanje tot aan de stad Tui, dicht bij de Portugese grens. Deze snelweg heeft een totale lengte van ongeveer 214 kilometer.

Wat betreft tolprijzen, deze kunnen variëren afhankelijk van het type voertuig en het specifieke deel van de snelweg dat je gebruikt. Gemiddeld kost de tol voor een personenauto over de volledige lengte van de AP-9 rond de 20 euro.