De Spaanse premier Pedro Sánchez heeft zondag tijdens het partijcongres aangekondigd dat er een publiek woningbedrijf komt om de woningnood in Spanje aan te pakken. Deze nieuwe instantie zal zich richten op het bouwen en beheren van betaalbare huurwoningen. Dit initiatief maakt deel uit van een groter plan om wonen toegankelijker te maken voor kwetsbare groepen zoals jongeren en gezinnen met lage inkomens.
Volgens Sánchez is het creëren van een “sterk publiek woningbestand” essentieel voor het waarborgen van sociale rechtvaardigheid. Het nieuwe bedrijf, dat onder toezicht van de centrale overheid zal staan, zal vooral actief zijn in gebieden waar de woningnood het grootst is, zoals in steden als Madrid, Barcelona en delen van Andalusië. Het doel is om de komende jaren duizenden woningen te bouwen.
Deze aankondiging komt op een moment dat de woningmarkt in Spanje kampt met een crisis. Huurprijzen blijven stijgen, terwijl het voor veel mensen bijna onmogelijk is om een eigen huis te kopen. Sánchez benadrukte dat dit plan niet alleen gaat om nieuwbouw, maar ook om het renoveren en beter benutten van bestaande woningen.
Daarnaast wordt er samengewerkt met regionale overheden en private ontwikkelaars. Het idee is dat deze partijen gezamenlijk bijdragen aan een beter functionerende woningmarkt. De financiering van dit project komt deels uit Europese fondsen en nationale middelen.
Critici vragen zich echter af of het plan voldoende ambitieus is. Sommige experts waarschuwen dat er meer nodig is om de structurele problemen op de Spaanse woningmarkt op te lossen, zoals het gebrek aan regulering en speculatie door investeringsfondsen.
Met dit plan hoopt de Spaanse regering ook een voorbeeld te stellen voor andere Europese landen. Sánchez gaf aan dat hij streeft naar een “sociaal model” waarin wonen als een fundamenteel recht wordt beschouwd, en niet alleen als een handelswaar.